Inspuitdruk en compressiedruk hebben niets met elkaar te maken.
In rust is er een pompcilinder, geheel gevuld met diesel, met daarin een super passende plunjer, in zijn ruststand. Onder de plunjer is er een nokken-as: De nok kan de plunjer in de pompcilinder duwen. Hierdoor wordt de diesel verdrongen, en Moet ergens naar toe (diesel is niet samendrukbaar!) Als er geen ontwijkmogelijkheid zou zijn, dan zou de druk extreem hoog worden, totdat er iets klapt of barst!!
Dat is niet de bedoeling: Daarom is er een ontwijkmogelijkheid in de vorm van een klein gaatje, dat wordt dichtgehouden door een puntig stiftje, dat wordt aangedrukt door een flinke voorgespannen drukveer.
Als nu de nok de pomp-plunjer in de pompcilinder drukt, komt de diesel onderdruk te staan, en Moet ergens heen...De zwakste plek is het gaatje, maar dat wordt dicht gehouden door het stiftje met veer.. Omdat de nok heel sterk is, forceert hij de plunjer naar binnen, waardoor de druk ogenblikkelijk omhoog schiet
totdat bij het gaatje het stiftje tegen de veer in door de diesel open geduwd wordt, en de diesel al sproeiend ontwijkt. Zie het maar als een overdrukventiel.
Het gaatje,stiftje,veer-ding is de verstuiver; De onder protest afsproeiende diesel wordt aldus in Verstoven vorm in de motor-cilinder gebracht.
Dat gebeurt aan het einde van de compressieslag, als de zuiger boven in is gekomen. De kruk-as zorgt via tandwielen/ketting/tandriem ervoor dat de pomp-as-met-nok op precies dat moment de inspuiting laat gebeuren.
Door het tijdens de compressieslag samenpersen van de lucht in de cilinder stijgt de temperatuur van die lucht tot wel zo.n 270 graden!
Simpel gezien komt dat omdat de warmte hoeveelheid die er in de lucht zat (joules), en die zorgde voor kamertemperatuur, nu opeens in een ruimte moet die zo,n ca 23 x zo klein is als voorheen. De joules moeten dus over een kleinere ruimte worden verdeeld, en dat kan alleen als de temperatuur hoger wordt (.....).
Bij zg direkt-ingespoten motoren wordt de diesel-nevel direkt in de hete cilinderlucht gespoten; Dat geeft meteen een fikse klap! maar het werkt wel, al maakt het lawaai..
Toen was er ene meneer Ricardo die een idee had om van die harde klappen af te komen: Hij bracht een slakkenhuisvormige holte aan in de cilinderkop, met een klein verbindingskanaaltje naar de cilinder, en monteerde daar de verstuiver in. Deze zg Wervelkamer zorgde voor een nog betere vermenging van lucht en dieselnevel, en tevens voor een geleidelijker verbranding, immers, in dat kamertje is maar weinig lucht, die is zo op, maar het vuur schiet wel door het kanaal naar de cilinder, en daar is wel meer lucht.. Jaren lang is dit systeem gepatenteerd geweest, en Ricardo is er steenrijk mee geworden..
Er is helaas een nadeel aan dit systeem: Het kleine beetje lucht in de wervelkamer bevat zo weinig joules, dat het bij een nog koude motor afkoelt, zodat de dieselnevel in te koude lucht terecht komt, en dus niet gaat branden: Motor start niet...Oplossing hiervoor is het Voorgloeien.
Gr, Eagle